Taaie kost ... oftewel
A - Buurten en wijken maken Maastricht
De samenleving dichtbij huis is van groot belang, dat is de basis voor een aangenaam leven.
1. Een kloppend hart in elke wijk, mede gericht op samenhang tussen een variatie aan mensen, ontmoetingsplek(ken) en waar mogelijk winkels en horeca.
2. Zorg, inkomen en werk, georganiseerd dicht bij mensen.
3. Mix van duurzaam wonen, betaalbaar, passend aan nieuwe levensvormen en levensloop. Een actieve rol van woningcorporaties die ook gericht is op leefbaarheid. Investeren in energiezuinige woningen middels subsidies. Alleen van het gas af als er een goed en betaalbaar alternatief is.
4. Goede OV-ontsluiting.
5. Een plek voor verenigingen, ateliers en andere vormen van cultuur in de wijken, denk aan de buurtopera, de zangvereniging enz. Faciliteren in gebouwen enz.
6. Zeggenschap in de eigen wijk: recht van uitdaging (right to challenge), burgerbegroting, buurtnetwerken die verenigingen worden waarvan elke buurtbewoner lid kan worden, ondersteund door de gemeente (financieel en met personeel) op een laagdrempelige manier.
7. Groenvoorziening in elke wijk i.v.m. de leefbaarheid, stimulerende maatregelen voor het vergroenen van voortuinen, geveltuintjes en straten.
8. Groenvoorzieningen in en om de stad moeten (gratis)toegankelijk zijn voor mensen uit de stad en de regio om te recreëren en te ontspannen. Denk aan alle groene gebieden aan de randen van de stad (Ook de Sint Pietersberg en de ENCI-groeve moeten toegankelijk blijven).
9. Hondenlosloopgebieden in de buurt die periodiek onderhouden worden.
10. Geluidsoverlast van gemotoriseerd verkeer moet worden aangepakt.
B - De leefbare en inclusieve internationale stad
De basis van Maastricht is haar geschiedenis, haar erfgoed, tradities en gebruiken waar we trots op zijn en die we graag laten zien. Die liefde voor geschiedenis en deMaastrichtse cultuur delen en vermengen we graag met wat anderen daaraan toevoegen. Dit is de unieke Maastrichtse mix waarin ruimte is voor mensen van elke herkomst waarbij leeftijd, seksuele geaardheid, opleiding en kleur er niet toe doen. Vluchtelingen nemen we ruimhartig op. Daarvoor is participatie in het dagelijks leven en het kennen van de Nederlandse taal essentieel.
1. De binnenstad is een economische motor maar is ook van alle bewoners van onze stad. Een evenwicht tussen exploitatie en ander gebruik van de binnenstad is noodzakelijk. Uitdrukkelijk willen we het toeristeneffect dat alle steden treft kanaliseren, bijvoorbeeld door in te zetten op meerdaags bezoek (zoals TEFAF, André Rieu concertreeks, Preuvenemint, Nederlandse dansdagen enz.).
2. De binnenstad gaat meer toegroeien naar een mix van wonen, werken, winkels, creatieve maakindustrie en kantoren die samen dynamiek opleveren. Een bijenkorf waarin samengewerkt wordt en welbevinden plaats vindt.Minder functies die de stad alleen gebruiken en alleen financiële waarde toevoegen. De stad is van de ondernemers maar zeker ook van bewoners, makers, enz.
3. Het centrum verduurzamen door lege winkelpanden in te zetten voor bewoning, ateliers, creatieve maakindustrie. De gemeente zoekt naar hefbomen om dit voor elkaar te krijgen.
4. Inzet op het versterken en profileren van de creatieve sector, ook in (eu)regionaal perspectief.
5. Toewerken naar een autoluwe binnenstad: meer straten autovrij, meer ruimte voor de voetganger en de fietser, meer fietsenstallingen.
6. Maastricht University, Zuyd Hogeschool en de verschillende (internationale) kennisinstellingen dragen in belangrijke mate bij aan welvaart en welzijn in onze stad. Op sommige plekken ontstaat spanning omdat levensstijlen te veel verschillen. De SPM denkt dat meer beschikbare woonruimte voor studenten op een campus tot wederzijds voordeel leidt. De druk op de ‘gewone’ woonstraten kan dan worden verlaagd.
7. Hoogwaardige kennis en innovatie zijn belangrijke dragers van de toekomst en dienen in (eu)regionaal verband te worden gestimuleerd. Daarbij werken we expliciet samen op basis van gelijkwaardigheid.
8. Onderwijs is een belangrijk middel tot persoonlijke ontplooiing en om duurzaam deel te nemen aan de samenleving. Instroom moet maximaal laagdrempelig zijn, er moet ondersteuning zijn voor die leerlingen die dit nodig hebben, scholen moeten verspreid door de stad liggen waarbij ook keuze vrijheid een factor van betekenis is. Kinderen hebben nu eenmaal verschillende behoeftes en ouders hebben verschillende opvoedingsstijlen.
9. Doorgaan op het ingezette pad van het verder vergroenen van de stad (De landgoederenzone, Lage en Hoge Fronten waar nodig verder uitwerken, het Jekerdal-park (incl. Tapijn), de Hoogeweerth en het Van der Vennepark, het toevoegen van het parkje bij het klooster in deVeldstraat aan de openbare ruimte, de openstelling van de ENCI-groeve en de nieuwe Groene Loper).
10. Meer groen in de binnenstad, waar mogelijk meer bomen, waar mogelijk geveltuintjes, parken onderhouden als plekken voor recreatie en ontmoeting maar liever niet voor evenementen. Evenementen zoveel mogelijk naar de randen van de stad (Groene Loper, Tapijn, stadion,Stadsweide).
11. Ambitie om het stadspark door te trekken tot aan de Maas door de gehele Maasboulevard te ondertunnelen.
12. Ambitie om het spoor over een afstand van X kilometer te ondertunnelen.
13. Ambitie om de brug bij het bassin te verwijderen door de tram Vlaanderen - Maastricht te laten halteren op de Boschstraat.
14. Ambitie is om de parkeergarage op het Vrijthof vanaf 2033 te reserveren voor de bewoners van de binnenstad en voor het stallen van fietsen.
15. Risicobeperkende maatregelen treffen om te kunnen sturen op leegstand van woon- en winkelpanden.
C - Veiligheid
Als je iemand vraagt naar de veiligheid is zijn eigen buurt, dan komt pas naar voren hoe belangrijk dit element is. Veilig wonen is een eerste levensbehoefte en 'strenger optreden tegen overtredingen' is een veel gehoorde opmerking.
1. Veiligheid en veiligheidspreventie moeten dicht bij de burger georganiseerd worden en dat kan het beste via de wijkagenten en de veilige buurten-teams. In de praktijk levert deze samenwerking al mooie resultaten op via digitale buurt-netwerken, waarbij burgers de mogelijkheid hebben om via een app melding te maken van gevoelens van onraad.
2. De SPM is voorstander van de legalisering van de bevoorrading van coffeeshops en ondersteunt de landelijke proef om legale wietteelt mogelijk te maken. Daardoor ontvalt immers de voedingsbodem aan de illegale drugshandel.
3. De vermenging van de onder- en bovenwereld (zgn.ondermijning) dient aangepakt te worden. De (grensoverschrijdende) samenwerking tussen overheidsdiensten
(belastingdienst, gemeente, politie, rijk douane, Koninklijke Marechaussee) moet worden versterkt.
4. De SPM is een grote voorstander van een APV-wijziging m.b.t. de vergunning aanvraag voor panden. Hierdoor vallen deze panden ook onder de Bibob-regeling en kan concrete controle plaatsvinden om o.a. witwassen te voorkomen. Dit past ook inde gemeentelijke aanpak van het item “ondermijning”.
5. De SPM is voor een algeheel vuurwerkverbod. De gemeente kan op een centrale plek siervuurwerk afsteken.
6. Advies om het politiekeurmerk veilig wonen te verkrijgen moet met een subsidie per woning beschikbaar gesteld worden.
7. De SPM ervaart in de samenleving een roep om meerhandhaving en wil de mogelijkheden van uitbreiding onderzoeken.
D. - Zorgen voor elkaar
Maastricht, de stad van de sjariteit, is een stad waar mensen van “oudsher” iets voor elkaar over hebben.
1. De SPM bepleit het realiseren van meer kleinschalige dagbesteding in de eigenbuurt, zo mogelijk ingebed in een breder activiteiten-palet, bijv. bij ontmoetingspunten in de wijken.
2. Aandacht voor vereenzaming, verwaarlozing en geestelijke achteruitgang van met name ouderen die zo lang mogelijk thuis blijven wonen.
3. Meer betaalbare levensloop-bestendige woningen
4. Stimuleren van zogenaamde “mixed people concepts” waar verschillende groepen samenleven, werken en zorgen.
5. De energie en ervaring van senioren die uit hun baan stappen (van netgepensioneerden) willen we vasthouden en een plek geven in de dynamiek van onze stad.
6. Senioren koppelen aan leerlingen en studenten om hen te helpen met huiswerk en studie.
7. Mogelijkheden maximaliseren voor ouderen die een kamer willen verhuren aan een student wat tot wederzijds voordeel leidt.
8. Digitale vaardigheid van ouderen bevorderen door het faciliteren van Senior-web.
9. (Digitale) onveiligheid van ouderen pakken we aan door het delen van kennis middels laagdrempelige voorzieningen en de steunpunten inde wijk.
E. - Cultuur, het cement van de samenleving
Cultuur –in brede zin- is een van de bouwstenen van duurzame ontwikkeling op economisch, sociaal en politiek niveau.Cultuur zit in ons allemaal en we dragen er allen aan bij. Cultuur verbindt, vormt ons, laat zien wie we zijn, wat we delen en wat ons onderscheidt. Cultuur is zo waardevol omdat het kan aanzetten tot nadenken en kritische reflectie.Soms is het de enige plek waar een samenleving een spiegel voorgehouden kan worden. Maar cultuur is natuurlijk ook gewoon leuk en een goede vorm van ontspanning. Cultuurbeoefening verbindt, heeft educatieve waarde, haalt mensen uit hun isolement en speelt een belangrijke rol van betekenis als vestigingsfactor voor nieuwe bewoners en bedrijven.
Maastricht kent een rijkgeschakeerd cultuuraanbod dat wordt gedragen door zowel amateurs als professionals (met dank aan het kunstvakonderwijs in onze stad). Maastricht bruist door “oude” en“nieuwe” cultuur die elkaar versterken, zoals Fashionclash, Docfest, Bruis,Marres, Muziekgieterij, maar ook onze koren en fanfares, carnaval, de Heiligdomsvaart, muziekgezelschappen, de Reuzenstoet en de concerten van André Rieu.
In Maastricht kun je cultuur tot je nemen en/of actief meedoen.
1. De SPM wil de cultuurparticipatie in buurten en wijken graag versterken. Daar hoort ook de traditionele cultuur bij zoals fanfares en koren die het vaak moeilijk hebben.
2. De SPM is voor een uitbreiding van het cultuuraanbod voor jeugdigen en vindt het versterken van de Maastrichtse podia (o.a.Muziekgieterij en Bruis) van groot belang.
3. Culturele vrijplaatsen en een uitbreiding van de creatieve industrie zijn vaak broedplaatsen van innovatie die ook een ‘horzelfunctie’ richting bestaand cultuuraanbod hebben. Hun aanwezigheid is daarom van groot belang. Het veiligheidsbeleid blijft daarbij integraal van toepassing.
4. De SPM wil de traditionele cultuuruitingen graag meeren beter verbinden met nieuwe cultuuruitingen maar ook cultuur in buurten en wijken verbinden aan de sociale opgaven en ontmoeting. Hiermee worden typischeMaastrichtse (amateur) cultuuruitingen toekomstbestendig.
5. De SPM is voor een verzelfstandiging van het Theater aan het Vrijthof en waarin een middenzaal het ontbreken van een podium voor middelgrote uitvoering van
(amateur)gezelschappen kan opvangen. Kruisbestuiving tussen amateur- en professionele beoefenaars wordt hier bewust gefaciliteerd.
6. Centre Ceramique, inclusief Kumulus, transformeren steeds meer tot een culturele ontmoetingsplek waarvan laagdrempelig kunstonderwijs en cultuurparticipatie in scholen en buurten deel uitmaken.
7. Het Natuurhistorisch Museum hoort thuis in de voormalige ENCI.
8. De SPM is voorstander van een Stedelijk Maastricht museum en wil de mogelijkheden daarvan onderzoeken.
F. - Maastricht, een sociale stad.
Te veel mensen leven in armoede. De toenemende tweedeling langs de lijnen van inkomen, bezit, opleiding of herkomst moet worden afgeremd. Ook de toenemen de kansenongelijkheid dient te worden aangepakt. Voorgaande is niet alleen van belang vanwege het individuele perspectief maar zeker ook vanwege de samenhang tussen individuen en bevolkingsgroepen.
1. De SPM wil de universiteit, Zuyd Hogeschool en het Vista-college betrekken bij het opzetten van een programma om kansenongelijkheid aan te pakken.
2. Het aanpakken van armoede moet niet alleen gericht zijn op het verzachten van de wonden maar mensen ook echt perspectief bieden. De lobby naar hogere inkomens(minimumloon en daaraan gekoppeld de uitkering, fair pay), preventie, vroegsignalering, effectieve schuldaanpak, toeleiding naar(vrijwilligers)werk en het betrekken van ervaringsdeskundigen bij beleidsvorming zijn belangrijk.
3. Inclusiviteit is een algemeen uitgangspunt bij beleidsvorming en de uitvoering daarvan.
4. Maatwerken het versterken van veerkracht zijn leidende principes bij het toewerken naar (economische) zelfstandigheid waar ieder naar vermogen deelneemt. De bureaucratie moet maximaal worden verminderd.
5. Het aantal jongeren dat het onderwijs verlaat zonder startkwalificatie en geen uitkering heeft, is hoger dan het landelijk gemiddelde, maar feitelijk ook een onderbenutte arbeidsmarktreserve die, om in te kunnen stromen op de arbeidsmarkt, blijvend bijzondere aandacht verdient.
6. Scholen vervullen een functie bij het signaleren van armoede en mogelijke problemen in de thuissituatie.
7. Doelgroepen waarvan we zien dat deze als jong-volwassenen ontsporen moeten vroegtijdig worden ondersteund richting een perspectiefvolle toekomst.
8. Ter vervulling van actuele en toekomstige vacatures moet via opleidingstrajecten (MTB, Stadsbeheer, bedrijfsscholen, leer-werkplekken, convenanten met onderwijsorganisaties) sterker ingezet worden op verwerving van werknemersvaardigheden en startkwalificaties.
9. De kennis en ervaring van senioren inzetten in een krappe arbeidsmarkt. Bijvoorbeeld door een van de bestaande werving& selectiebureaus voor ouderen.
10. Werkgevers moeten op Zuid-Limburgs niveau ondersteund worden bij het vervullen van vacatures en waar mogelijk ook bij het oplossen van ondernemersvraagstukken.
11. Experimenteren met een regelluwe (bijstands)uitkering.
12. Kansen creëren voor laaggeletterden.
13. Laagdrempelige toegang tot zorg, bij voorkeur dicht bij de mensen vorm geven.
14. De betaalbaarheid beheersen middels budgetplafonds. Indien er keuzes moeten worden gemaakt gaat de zwaarste zorg voor. Draagkrachtige mensen moeten zoveel mogelijk bijdragen in de kosten om de meest kwetsbaren zeker te kunnen stellen van zorg.
15. Maximale ondersteuning van mantelzorgers bijvoorbeeld door respijt-zorg maar ook door het delen van kennis en advies op maat.
16. Maastricht is en blijft een gastvrije stad voor vluchtelingen waaraan eisen worden gesteld t.a.v. participatie en het actief beheersen van de Nederlandse taal. Aan de medebewoners van onze stad vragen wij om deze nieuwe Nederlanders actief op te nemen.
G. - Maastricht klimaatneutraal en afvalloos in 2030.
Het klimaat verandert en dat heeft ook (nadelige) effecten op het leven in de stad. Hittestress en wateroverlast zijn daar componenten van.
1. Er wordt actief beleid gevoerd voor meer groen in de stad.
2. Het streven blijft om als gemeentelijke organisatie in 2030 en om als stad in 2050 100% klimaatneutraal te zijn. Dat vraagt om het verminderen van energiegebruik, het energiezuinig maken van huizen en industrie, minder gebruik van olie en gas en meer gebruik van zonne-, water- en windenergie.
3. Bij nieuwbouw wordt via vergunningen maximaal gekoerst op energieneutraliteit. Ook wordt hergebruik van hemelwater gestimuleerd.
4. Via het woonakkoord met de woningcorporaties wordt een blijvende stevige inzet gepleegd op verduurzaming van het woningbezit en lagere energielasten voor huurders. Particuliere woningbezitters worden goed voorgelicht omtrent mogelijkheden hun woning te verduurzamen.
5. Blijvend inzetten op afvalscheiding dat de Maastrichtenaren al heel goed doen.
6. Inzetten op het verwijderen van de rode ‘restzak’ uit het straatbeeld. Het plaatsen van ondergrondse containers bij appartementen en flatgebouwen kan een eerste stap zijn.
7. Streven naar 0 kg huishoudelijk afval in 2030.
8. Hogere servicegraad aan bewoners bijvoorbeeld door het gratis periodiek ophalen van grof huisvuil.
9. Ook inzetten op het beter scheiden van afval door bedrijven.
10. Handhaving (waar mogelijk) en stevig sanctioneren op zwerfafval, ook bij de milieuperrons.
11. Het rechtop schone lucht vertalen in maatregelen waardoor locaties met te hoge fijnstof-concentraties kunnen worden aangepakt. Bijvoorbeeld verbod op scooters, brommers, quads, crossmotors op benzine, het nemen van verkeersmaatregelen en mogelijk een milieuzone.
12. Toewerken naar sluiting van de kerncentrales Tihange en Doel vanwege de veiligheidsrisico’s en maatschappelijke onrust.
H. - Vergroting sport- en beweegdeelname.
Voor alle leeftijdscategorieën, van piepjong tot op hoge leeftijd, is sporten en bewegen belangrijk. Een gezonde geest in een gezond lichaam komt het leren ten goede, het remt het beroep op de gezondheidszorg af en mensen komen door te sporten en bewegen in contact met elkaar. De beweeg- en sportdeelname ligt in Maastricht echter nog steeds onder het landelijke gemiddelde. Zuid-Limburg en ookMaastricht kennen een hoger obesitas-percentage onder kinderen (5 -12 jaar).
1. Inzetten op meer vakleerkrachten gymnastiek (en zwemonderwijs) in het basisonderwijs (naar 3 uur per week conform kabinetsadvies uit 2012).
2. Openbare ruimte meer inrichten op (groepsgewijze)sportbeoefening, passend bij de trend. Denk aan fitnessparcours en gymnastiektoestellen.
3. Ondersteuning voor topsportevenementen zoals Jumping Indoor, Iron Man, Amstel Gold Race- ende Ridderronde die aanzetten tot sporten maar ook een enorme economische spinoff hebben.
4. De binnen- en buitensportaccommodaties moeten kwalitatief op orde (komen en) blijven met mogelijk een open club structuur ten behoeve van de wijken en hun inwoners. Binnensport-accommodaties met een blijvend (te) lage bezettingsgraad kunnen niet in stand gehouden worden. Bij de renovatie van binnen- en buitensportaccommodaties verdient verduurzaming meer aandacht.Sportverenigingen dienen met kennis en advies ondersteund te worden wanneer zijhun accommodatie willen verduurzamen en een open clubcultuur willen organiseren.
5. In sportkantines dienen vooral gezonde producten verkrijgbaar te zijn.
6. Alleen kansrijke sportverenigingen, daarmee worden bedoeld verenigingen met een behoorlijk ledenaantal, een gezonde exploitatie, voldoende vrijwilligers, een adequaat bestuur en organisatie plus een duurzaam toekomstperspectief en met meerwaarde voor de wijken, worden ondersteund.
7. Bestaande programma’s die het bewegen voor ouderen stimuleren worden gecontinueerd en geïntensiveerd. Niet alleen levert sporten tot op hoge leeftijd positieve gezondheidseffecten op, maar worden ouderen ook via deze programma’s met elkaar in contact gebracht.
I. - Mobiliteit en verkeer.
Optimale bereikbaarheid is essentieel voor een in alle opzichten vitale toekomst van onze stad.
1. Verbeteren van het grensoverschrijdend openbaar vervoer naar Aken, Hasselt en Luik. Voor het tracé Hasselt-Maastricht is een overeenkomst gesloten voor het aanleggen van een tramverbinding. Als er zich substantiële nadelige (financiële)wijzigingen voordoen is de kans groot dat de SPM afziet van deze overeenkomst en zich beraadt op de inzet van andere vervoersmiddelen.
2. Onderzoeken naar mogelijkheden om stadsdelen aan beide zijde van het spoor beter met elkaar te verbinden.
3. De SPM is tegen de uitbreiding van het aantal vluchten van en naar Maastricht-Aachen Airport.
4. De SPM vindt het een grondrecht dat iedereen gebruik kan maken van het OV en zeker de doelgroepen die erop zijn aangewezen zoals ouderen en kinderen. Op die plekken waar traditioneel OV niet meer wordt of kan worden aangeboden bepleit de SPM de inzet van andersoortige vormen van OV om het mobiliteitsprobleem op te lossen. Hierbij kan gedacht worden aan belbussen, flexbussen, buurtbussen en wensbussen.
5. Het doelgroepenvervoer dat zich richt op WMO-geïndiceerden wordt door de SPM ondersteund waarbij ten aanzien van de ritprijs de vergelijkbare OV tarieven uitgangspunt zijn. Gelijke behandeling en gelijke rechten zijn de uitgangspunten die door de SPM bij de tariefbepaling worden gehanteerd. De SPM wil de integratie van het WMO-vervoer met het reguliere OV, binnen de grenzen van het technisch en operationeel haalbare, bevorderen en faciliteren.
6. Het netwerk aan (veilige) fietspaden wordt in kwalitatieve zin sterk verbeterd waaronder begrepen verbetering van de aansluiting op lange afstandsfietspaden. Hiervoor worden tevens scooters geweerd van de fietspaden en verplaatst naar de rijweg.
7. Ontmoedigen van automobiliteit naar de binnenstad, met name op de topdrukte dagen, middels aanleggen van meer P&R-locaties aan de randen van de stad. Deze locaties kunnen ook het forens- en studenten parkeren faciliteren.
8. Het recht op schone lucht vertalen in maatregelen waardoor locaties met te hoge fijnstof-concentraties kunnen worden aangepakt. Bijvoorbeeld verbod op scooters en brommers, quads, crossmotors op benzine, het nemen van verkeersmaatregelen en mogelijk een milieuzone.
9. Plaatsen van matrixborden op de toegangswegen naar woonwijken waar regelmatig snelheidsovertredingen plaatsvinden. Indien nodig middels prikacties verbaliserend optreden.
10. Uitbreiding van het aantal oplaadpunten voor elektrische fietsen, scooters en brommers die in de stad komen, bijv. in (semi-)openbare stallingen en op andere plekken waar langdurig (brom)fietsen en scooters worden gestald. Bij nieuwbouw dienen oplaadpunten voor auto’s verplicht gesteld te worden in parkeergarages en voor fietsers in de fietsenstalling.
11. Het aantal fietsenstallingen in met name het centrum moet worden uitgebreid. Dan kan er ook gehandhaafd worden op zogenaamd ‘wildstallen’. In het voetgangersdomein moet sowieso gehandhaafd worden op wildstallen.
12. In alle woonwijken geldt een maximumsnelheid van 30 km.
J. - Samen richting geven aan de toekomst
De democratische legitimiteit van besluit- en beleidsvorming staat onder druk. Het is van belang dat de publieke instituties kunnen rekenen op het vertrouwen van de burger, ook in Maastricht. Daarvoor is het noodzakelijk om inwoners meer te betrekken bij het proces van besluitvorming. In de komende periode wordt uitdrukkelijk gezocht naar een goede invulling van dit vraagstuk waarbij er expliciet aandacht is voor verschillende groeperingen.
1. Het stadsbestuur heeft een warme wederkerige relatie met de mensen (die zich herkennen in het beleid).
2. Vasthouden van de dynamiek, de innovatie- en denkkracht van jonge mensen.
3. Ervaringsdeskundigheid is uitgangspunt van het beleid.
4. Meer invloed van partners, waartoe ook bewoners en ondernemers behoren, op de gemeentelijke besluitvorming.
5. Een onafhankelijke commissie ondersteunt partijen die een conflict hebben met de lokale overheid door een niet-bindend advies uit te brengen aan het college van B&W.
6. De gemeentelijke organisatie streeft naar excellente uitvoering door de best mogelijke bemensing van de front-office(s).
7. Maastricht geeft op basis van een heldere visie-richting aan de toekomst waardoor ambities geformuleerd kunnen worden voor de toekomst. Ambities ten aanzien van de kenniseconomie, de creatieve (maak)industrie, de binnenstad, de woonwijken, de infrastructuur, Maastricht als cultureel brandpunt, de vergroening en verduurzaming van de stad, de (vernieuwing van) architectuur en de wijze waarop verbinding tot stand komt tussen de bewoners, ondernemers en bezoekers.
Op basis van samenhangende ambities voor de (middel)lange termijn kan in samenspraak met partijen gewerkt worden aan strategieën, aan doelstellingen en ijkpunten. Een gedragen dynamische toekomstagenda voor stad en (eu)regio is het resultaat.
K. - Maastricht, op weg naar de best mogelijke bedrijfsvoering.
In de (financiële) bedrijfsvoering van de gemeente worden geen problemen vooruitgeschoven omdat de SPM de stad ook goedwil achterlaten voor komende generaties. Een sluitende evenwichtige (meerjaren)begroting vinden wij daarom steevast van groot belang. Daarbij moeten ook voldoende en onderbouwde reserves en voorzieningen beschikbaar blijven om zorg te blijven dragen voor ons gewenst (fysiek en dienstverlenend)voorzieningenniveau.
1. De gemeentelijke heffingen en belastingen worden in principe alleen geïndexeerd. Alleen indien expliciet noodzakelijk kunnen lasten worden verhoogd waarbij het uitgangspunt is dat de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen.
2. Afschaffen van de hondenbelasting per 1 januari 2023.
3. De kwaliteit en een redelijke prijs van dienstverlening aan onze burgers heeft blijvend onze aandacht. Daar waar dit aantoonbare voordelen oplevert werken we samen met andere gemeenten op de schaal van het Heuvelland dan wel Zuid-Limburgen de Euregio.
4. Waar mogelijk deregulering alsook het verminderen van de administratieve lasten.
5. Op het gebied van het personeelsbeleid heeft een gemeentelijke overheid een voorbeeldfunctie. Maastricht als werkgever heeft de ambitie de beste overheidswerkgever van Nederland te worden en kiest voor een eigentijds personeelsbeleid om gestructureerd te kunnen bouwen aan de dienstverlenende ambtelijke organisatie van de toekomst. Dit betekent ondermeer dat zo min mogelijk flexibele contracten worden aangeboden en zo min mogelijk extern wordt ingehuurd, wordt ingestoken op het generatiepact, structureel wordt geïnvesteerd in de ontwikkeling van de eigen medewerkers, het personeelsbestand van de gemeente een afspiegeling is van de bevolking en er meer ruimte gemaakt wordt voor plaatsing van arbeidsgehandicapten (zgn. banen-afspraak).